KCE effent terrein voor 'schoonmaak' borstklinieken

Erkende borstklinieken halen een veel betere outcome voor borstkankerzorg dan vrouwen die in een coördinerende borstkliniek worden behandeld, aldus een studie van het KCE bij 50.000 vrouwen met borstkanker. De studie liep in samenwerking met de Stichting Kankerregister en klinische experts. Minister Vandenbroucke belooft een actieplan. Medisch Oncologisch Overleg (MOC) zal niet meer worden terugbetaald in niet-erkende borstklinieken. Vlaanderen staat al een stuk verder qua transparantie.

Borstklinieken moeten ook een minimumvolume van 150 nieuwe diagnoses per jaar tellen en de aanwezigheid van een multidisciplinair team van specialisten. Maar alvast de volumenormen zijn over de jaren uitgehold. De lat werd namelijk lager gelegd voor zogenaamde  "coördinerende borstklinieken” (minimaal 125 nieuwe diagnoses per jaar) 
en de "satellietborstklinieken”, minimumaal 60 nieuwe diagnoses per jaar).  Net dat volume moet garant staan voor voldoende ervaring en een kosteneffectieve manier van zorgorganisatie.

Tot op vandaag verbiedt de wetgever niet dat borstkanker ook buiten de erkende borstklinieken behandeld wordt. De KCE-studie vermeldt dat in 2018 ongeveer een vijfde van de vrouwen met borstkanker behandeld werd in een centrum zonder erkenning voor borstkanker. De overgrote meerderheid (87%) van die centra bleef onder een gemiddeld jaarlijks volume van 60 nieuwe diagnoses per jaar. Vrouwen die in deze centra worden behandeld hebben geen garantie op de (para)medische omkadering en faciliteiten die wettelijk zijn voorzien in de
erkende borstklinieken.

Een tweede verontrustende vaststelling is dat in 2018, 20 van de 52 erkende coördinerende borstklinieken de drempelwaarde van 125 nieuwe diagnoses per jaar niet haalden. Meer nog, drie hiervan haalden niet eens een volume van 60 nieuwe diagnoses per jaar. Ook bij de satellietborstklinieken haalden 3 op de 13 centra het volumecriterium van 60 nieuwe diagnoses per jaar in 2018 niet.

Verontrustend hoger risico om te overlijden aan borstkanker
Het is wel degelijk belangrijk dat patiënten met borstkanker behandeld worden in een erkende borstkliniek, met een voldoende hoog activiteitenvolume. De resultaten geven aan dat het risico om aan borstkanker te sterven 30% hoger is bij vrouwen die behandeld werden in een centrum zonder erkenning voor borstkanker in vergelijking met vrouwen die behandeld werden in een coördinerende borstkliniek.
Ook het volume-effect was duidelijk: het risico om aan borstkanker te overlijden is 44% hoger voor vrouwen met invasieve borstkanker behandeld in een centrum met een laag volume (minder dan 60 nieuwe diagnoses per jaar) en 30% hoger voor vrouwen behandeld in een centrum met een gemiddeld volume (60-124 nieuwe diagnoses per jaar), vergeleken met centra met een hoog volume (125 of meer nieuwe diagnoses per jaar).

Het KCE keek ook naar de zorgkwaliteit. Voor verschillende kwaliteitsindicatoren was er een verband met de erkenningsstatus en/of het volume van een centrum, m.a.w. centra zonder erkenning voor borstkanker of centra
met een laag volume deden het minder goed dan coördinerende borstklinieken en/of centra met een hoog volume. Weliswaar met deze kanttekening dat diverse kwaliteitsindicatoren niet berekend konden worden omdat de nodige gegevens ontbreken.

Aanbevelingen voor een borstkankerzorg 2.0, reactie Vandenbroucke
De resultaten van deze studie vragen om adequate maatregelen.

  • Een verdere reorganisatie van het zorgaanbod dringt zich op, rekening houdend met een minimale zorgkwaliteit  enerzijds en regionale beschikbaarheid en toegankelijkheid anderzijds.
  • Voor patiënten, huisartsen en andere zorgverleners moet duidelijk zijn welke centra wettelijk erkend zijn als borstkliniek en welke niet.

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke zal de terugbetaling voor de behandeling van borstkanker of eventuele chirurgie buiten de erkende borstklinieken stopzetten. "De ruim 10.000 vrouwen die jaarlijks in ons land de diagnose borstkanker krijgen, moeten de zekerheid hebben dat ze de allerbeste zorg krijgen", vindt Frank Vandenbroucke. Opvolgbehandelingen zoals chemo- of radiotherapie kunnen nog daar wel nog steeds terugbetaald worden omdat hij voor de satelliet-borstklinieken daar nog een taak weggelegd ziet.

Hij zal een actieplan uitwerken met diverse maatregelen die inspelen op de verschillende aanbevelingen van het KCE. “We nemen alle aanbevelingen van het Kenniscentrum ter harte. Wat we zien in borstkankerzorg, signaleert overigens een breder probleem met betrekking tot de wijze waarop de noodzakelijke concentratie van gespecialiseerde gezondheidszorg tot stand komt. Het is aan de arts om de patiënt bij te staan in de keuze voor een erkend centrum. “Ik wil hier echt een beroep doen op de ethiek van de doorverwijzende arts”, zegt minister Vandenbroucke. Patiënten en artsen kunnen terecht op de website van de FOD Volksgezondheid voor een overzicht van alle erkende borstklinieken in dit land

Niettemin loopt federaal hier achterop tegenover Vlaanderen. Het Vlaams Instituut voor Kwaliteit van Zorg (VIKZ) maakt alles publiek transparant op Zorgkwaliteit.be, luidt het. Publicatie is voorzien eind juni ’23. Op vandaag is daar wel al een lijst beschikbaar van de erkende borstklinieken in Vlaanderen. Ook zijn er nieuwe resultaten te vinden op enkele patiëntveiligheidsindicatoren: basisvereisten handhygiëne, patiëntenidentificatie, en heropnames via de dienst spoedgevallen.

In Vlaanderen is de borstkliniek van AZ Sint-Blasius Dendermonde een van de instellingen die voldoet aan de erkenningscriteria. 

“Er is een duidelijk verband aangetoond tussen de ervaring die een borstkankerteam opbouwt, wanneer het jaarlijks voldoende grote aantallen patiënten kan behandelen enerzijds, en de kwaliteit van het behandelplan anderzijds”, zegt dr. Kristof Van den Hauwe, hoofdarts in AZ Sint-Blasius. “In een erkende coördinerende borstkliniek, zoals die van AZ Sint-Blasius, werken borstverpleegkundigen, psychologen, huisartsen en specialisten van verschillende disciplines op een gestructureerde manier samen om tot een gedetailleerde diagnose en het best mogelijke behandelplan te komen. Bovendien kunnen erkende centra een optimale omkadering aanbieden, die in kleinere centra vaak ontbreekt.

Kom op tegen Kanker reageert verontrust op de onderzoeksresultaten over de borstkankerzorg in België, die het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) bekendmaakte. Al in 2019 trok Kom op tegen Kanker aan de alarmbel over de behandeling van borstkanker, nadat de ngo vastgesteld had dat zeven organisaties zich onterecht borstkliniek noemden op hun website. Het onderzoek van het KCE bevestigt nu het belang van transparante communicatie en maakt duidelijk dat patiënten alleen in erkende borstklinieken mogen worden behandeld. ‘Kwaliteitsvolle zorg is een basisrecht. De overheid moet ingrijpen.’ 

> Solidaris pleit voor striktere regelgeving om kwaliteit borstkankercentra te garanderen

> CM roept op om ook andere ziektes grondig te bekijken

 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.